Het onderwijs wordt geconfronteerd met hoge kosten voor het inhuren van docenten, zo wordt bevestigd in recent onderzoek van de Algemene Rekenkamer. Scholen betalen voor een extern ingehuurde docent bijna twee keer zoveel als voor een docent in loondienst, een situatie die vraagt om flexibiliteit in de omgang met het lerarentekort en personeelsbeleid.
Al langere tijd bestaat onvrede over het aanbod van te dure (tijdelijke) uitzendkrachten binnen het onderwijs. Uit recent onderzoek van de Algemene Rekenkamer (2024) blijkt dat middelbare scholen voor een extern ingehuurde docent bijna twee keer zoveel betalen als voor een docent in loondienst. Desondanks wordt in de praktijk veel – al dan niet noodgedwongen – gebruik gemaakt van een dergelijke constructie. Enerzijds stelt het schoolbesturen in staat het lerarentekort en ziekteverzuim op te vangen. Anderzijds biedt het voor docenten juist autonomie, afwisseling tussen scholen en financiële zekerheid. Van de totale uitgaven van scholen aan personeel, wordt gemiddeld 4,4 procent besteed aan de inhuur van externen. Dat is maar liefst een verdubbeling ten opzichte van tien jaar geleden. Ongeveer de helft van het externe personeel bestaat uit docenten. De andere helft wordt gevormd door ondersteunend personeel.
De totale loonkosten van een docent in de veelvoorkomende salarisschaal LB trede 12 bedragen € 58 per uur. Daar staat tegenover het tarief van een gedetacheerde docent in dezelfde schaal en trede van gemiddeld € 113 per uur, inclusief btw. Betekent dit dan ook dat de ingehuurde docent veel meer verdient dan de docent in loondienst? Over het algemeen niet. De meeste kosten gaan namelijk naar de uitzendbureaus.
Het kostenverschil is met name te verklaren door reserveringen, bureaumarge en btw die de externe bureaus rekenen.
Kortom, de inzet van externe docenten kosten scholen veel geld. Echter, opvallend is dat schoolbesturen nauwelijks onderhandelen over de prijs voor een docent. De door de externe bureaus vastgestelde prijs wordt vaak zonder onderhandeling geaccepteerd, terwijl de tarieven en algemene voorwaarden voor het inhuren van een externe docent ontzettend uiteenlopen. Daarmee lijken schoolbesturen onderhandelingsruimte niet te benutten, terwijl deze wel degelijk bestaat.
Inmiddels is ook vanuit de politiek gereageerd op het rapport van de Algemene Rekenkamer. Demissionair minister Paul voor Primair en Voorgezet Onderwijs heeft kenbaar gemaakt dat met twee wetsvoorstellen wordt gewerkt aan het aantrekkelijk houden van werken in loondienst en terugdringen van externe inhuur. Met het wetsvoorstel verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden wordt bijvoorbeeld structureel werken in dienstverband gestimuleerd. Daarnaast wordt gewerkt aan het wetsvoorstel strategisch personeelsbeleid, waarmee wettelijk geregeld wordt dat minder externe inhuur in het funderend onderwijs mag plaatsvinden. Er wordt naar gestreefd om dit wetsvoorstel in het najaar van 2024 aan de Tweede Kamer aan te bieden.
Wij houden u uiteraard op de hoogte als er ontwikkelingen zijn. Heeft u vragen over onderhandelen, tarieven en/of voorwaarden met betrekking tot de inhuur van extern personeel? Wij staan voor u klaar, zodat u verder kunt.