Maatregel uit noodpakket; WW-premiedifferentiatie

20 maart 2020

Bij brief van 17 maart 2020 aan de Tweede Kamer lichten drie betrokken ministers en twee staatssecretarissen het aangekondigde noodpakket toe. Naast de invoering van de Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkbehoud (NOW), zijn onder meer wijzigingen aangekondigd ten aanzien van de voorwaarden van WW-premiedifferentiatie.

Met ons nieuwsbericht van 19 december 2019 informeerde wij u al dat werkgevers per 1 januari 2020, als gevolg van de Wet arbeidsmarkt in balans (Wab), een lage WW-premie voor vaste contracten en een hoge WW-premie voor flexibele contracten betalen.

Om in aanmerking te komen voor een lage WW-premie dienen werkgevers voor 1 april 2020 te beschikken over schriftelijke én door werknemers getekende arbeidsovereenkomsten voor onbepaalde tijd met een vaste omvang. In de Wab is ook opgenomen dat werkgevers met terugwerkende kracht de hoge WW-premie moeten afdragen voor vaste werknemers die in een kalenderjaar meer dan 30% hebben overgewerkt.

Aangekondigde wijzigingen:

  • De verplichting om te zorgen voor schriftelijke en ondertekende arbeidsovereenkomsten met vaste werknemers is uitgesteld tot 1 juli 2020.
  • De verplichting om een hoge WW-premie te betalen als vaste werknemers in een kalenderjaar meer dan 30% hebben overgewerkt, wordt aangepast. Zo zal de situatie dat werknemers in de zorg in deze tijden flink moeten overwerken, niet leiden tot verhoging van de WW-premie.

Onderstaand fragment volgt uit de Kamerbrief van 17 maart 2020 over het noodpakket banen en economie.

WW-premiedifferentiatie

“Sinds 1 januari betalen werkgevers, als gevolg van de Wet arbeidsmarkt in balans (Wab), een lage WW-premie voor vaste contracten en een hoge WW-premie voor flexibele contracten. In die regeling is ook opgenomen dat werkgevers met terugwerkende kracht de hoge WW-premie moeten afdragen voor vaste werknemers die in een kalenderjaar meer dan 30% hebben overgewerkt.

Deze bepaling kan nu tot onbedoelde effecten leiden in sectoren waar door het coronavirus veel extra overwerk nodig is (bijvoorbeeld de zorg). De Stichting van de Arbeid heeft verzocht deze regeling aan te passen.

Het kabinet is daartoe bereid en zal een aanpassing voorbereiden om deze onbedoelde effecten weg te nemen. De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW CE-AEP / 20077147 ) zal deze aanpassing, die voor kalenderjaar 2020 zal gelden, zo spoedig mogelijk uitwerken.

Op 9 december jl. (Kamerstuk 35 074 nr. 73) heeft de minister van SZW aan uw Kamer gemeld dat werkgevers tot 1 april 2020 de tijd kregen om een vaste arbeidsovereenkomst op schrift te stellen, om te voldoen aan de voorwaarden voor de lage WW-premie.

Omdat het de komende weken niet voor alle werkgevers praktisch mogelijk zal zijn om aan die voorwaarde te voldoen, wordt deze periode verlengd tot 1 juli. Het coulanceregime, zoals beschreven in de brief van december en geldig voor werknemers die uiterlijk 31 december 2019 voor onbepaalde tijd in dienst waren, zal dus gelden tot en met 30 juni 2020.”