De Tour de France is op dit moment weer in volle gang. De wielrenners zijn maanden voor de wielerronde al bezig met de voorbereidingen en dit allemaal met één doel: die gele trui bemachtigen.
Wanneer een wielrenner uitvalt door een ongeluk is dit op zijn zachtst gezegd dan ook erg teleurstellend, de Tour wacht namelijk op niemand. Valpartijen komen bij de Tour de France helaas erg vaak voor. Soms ontstaan deze door een toeschouwer die in de weg staan of een zakje chips in iemands gezicht gooit. Ook komt het voor dat wielrenners ten val komen doordat ze met elkaar in botsing komen. In het laatstgenoemde geval kan het lastig zijn de wielrenner die de valpartij heeft veroorzaakt aansprakelijk te stellen, omdat er sprake is van een sport- en spelsituatie. Bij sport- en spelsituaties geldt een hogere drempel van aansprakelijkheid, omdat in deze situaties men tot op zekere hoogte gevaarlijke gedragingen waartoe het spel uitlokt kan verwachten. Bij een wielerwedstrijd als de Tour de France is duidelijk dat sprake is van een sport- en spelsituatie, maar hoe zit dat als je met vrienden recreatief een rondje gaat wielrennen?
In een uitspraak van de rechtbank Oost Brabant van 13 december 2023 was dit het geval. Vriendinnen onderhielden een fietsclubje en maakten regelmatig lange fietstochten met elkaar. Tijdens een van deze fietstochten sloeg één van de fietsers door een misverstand onverwachts linksaf en kwam in botsing met een andere fietser. Deze fietser kwam daardoor ten val en liep letsel op aan haar heup. De rechtbank oordeelde dat hier sprake was van een sport- en spelsituatie, omdat de fietsers op racefietsen fietsten, fietskleding en een helm droegen en met een aanzienlijke snelheid van 25 tot 27 km/h reden met geringe onderlinge afstand. Dat de fietstocht een recreatief karakter had en de fietsers hadden afgesproken een zodanig tempo aan te houden dat er nog gekletst kon worden, betekent niet dat er geen sprake meer is van een sport- en spelsituatie. Uit vaste jurisprudentie van de Hoge Raad blijkt ook dat voor het beantwoorden van de vraag of sprake is van een sport- en spelsituatie niet vereist is dat betrokkenen met elkaar concurreren; er hoeft dus geen wedstrijdelement te zijn.
In dit geval gold tussen de fietsvriendinnen een verhoogde aansprakelijkheidsdrempel en oordeelde de rechtbank dat sprake was van een ongelukkige samenloop van omstandigheden. De fietser die onverwachts linksaf sloeg was dan ook niet aansprakelijk voor het door de andere fietser opgelopen letsel.
Bij het recreatief beoefenen van een sport kan er dus ook sprake zijn van een sport- en spelsituatie. In sport- en spelsituaties geldt er een verhoogde aansprakelijkheidsdrempel. Dit betekent echter niet dat er nooit aansprakelijkheid kan worden aangenomen. Indien u niet in groepsverband recreatief (wielren)sport beoefent en een ongeval krijgt door toedoen van iemand anders is er geen sprake van een sport- en spelsituaties en geldt er dus geen verhoogde aansprakelijkheidsdrempel. In beide gevallen kunnen er dus mogelijkheden zijn om uw schade te verhalen.