Inzet voormalig zorgpersoneel toegestaan

Waarborgen continuïteit goede en veilige zorg tijdens Coronacrisis 20 maart 2020

Het kabinet heeft door de Coronavirus pandemie aanvullende maatregelen genomen om de continuïteit van de zorg te kunnen waarborgen. Het uitgangspunt is daarbij altijd het borgen van kwalitatief goede en veilige zorg. Hiervoor zijn aanvullende maatregelen opgesteld om het tijdelijk gebruik van voormalig zorgpersoneel mogelijk te maken. TK informeert u over de geldende voorwaarden.

(Voormalig) minister Bruno Bruins heeft door de Coronavirus COVID-19 pandemie aanvullende maatregelen (“Aanvullende maatregelen inzet voormalig-zorgpersoneel”, hierna: “Maatregel”) genomen om de continuïteit van de zorg te kunnen waarborgen in de komende periode. Zorginstellingen nemen reeds diverse maatregelen om de steeds groter wordende vraag naar zorg en het daarmee gepaard gaande beroep op het zorgpersoneel op te vangen. Dit gebeurt reeds door intern met personeel te schuiven, aanvullend personeel aan te trekken, voormalig personeel terug te halen, en door personeel in opleiding dat bijna is afgestudeerd alvast in te zetten. Het uitgangspunt is daarbij altijd het borgen van kwalitatief goede en veilige zorg.

Omdat het verlenen van individuele gezondheidszorg aan wettelijke regels is gebonden – zoals onder meer voorgeschreven in de Wet BIG – komt de minister met de Maatregel met als doel de coördinatie van het hulpaanbod te bevorderen en het ontzorgen van de zorgprofessionals. Deze Maatregel moet het tijdelijk gebruik kunnen maken van ervaring en kennis van voormalig verpleegkundigen en voormalig artsen mogelijk maken, maar wel onder strikte voorwaarden. De tijdelijke maatregel geldt daarbij alleen in zogenoemde ‘noodsituaties’, daarvan is sprake indien door de COVID-19 pandemie een punt wordt bereikt waarin door overmacht grote tekorten aan personeel ontstaan terwijl hulp dringend nodig is.

Aanvullende maatregelen inzet van voormalig-zorgpersoneel

De Maatregel geldt aldus alleen, zoals de titel voorschrijft, voor voormalig-zorgpersoneel. Het betreft ook alleen de voormalig verpleegkundigen en de voormalig artsen. Hieronder treft u de voorwaarden aan, zoals geciteerd uit de Maatregel.

Voorwaarden voor zelfstandige inzet van verpleegkundigen-niet-praktiserend, zijn:

  • De BIG-registratie van de verpleegkundige niet-praktiserend is verlopen na 1 januari 2018 en zijn/ haar vaardigheid is voldoende aanwezig.
  • Personen die niet meer zijn ingeschreven in het BIG-register doordat zij ooit door de (tucht)rechter zijn doorgehaald of anderszins een van kracht zijnde beroepsbeperkende maatregel is aangetekend, mogen niet worden ingezet.

In algemene zin worden zij ingezet:

  • Alleen indien noodzakelijk, dat wil zeggen als het door de noodsituatie niet mogelijk is de zorg op te dragen aan terzake bekwame BIG-geregistreerde zorgverleners, wordt deze zorg overgedragen aan verpleegkundigen-niet-praktiserend.
  • Het heeft nadrukkelijk de voorkeur dat personen met de meest recente praktijkervaring worden ingezet.
  • Verpleegkundigen-niet-praktiserend moeten hun bekwaamheid zoveel mogelijk zelf aantonen en worden zoveel mogelijk ingezet in de niet-complexe zorg en in de zorg die aansluit bij hun meest recente werkervaring. In overleg met de werkgever wordt gekeken of een korte aanvullende training noodzakelijk is.

Specifiek ten aanzien van voorbehouden handelingen geldt:

  • Er worden duidelijke afspraken gemaakt tussen de BIG-geregistreerde zorgverlener en de verpleegkundige-niet-praktiserend over welke (voorbehouden) handelingen mogen worden verricht.
  • Voor het verrichten van voorbehouden handelingen wordt indien mogelijk voor toezicht en tussenkomst gezorgd door bevoegde zorgverleners.
  • Er dienen adequate opdrachten gegeven te worden door de daartoe bevoegde zorgverleners. Daarbij moeten zij voldoende zicht hebben op de benodigde bekwaamheid van de verpleegkundigen niet-praktiserend.
  • De verpleegkundigen niet-praktiserend bewaakt de grenzen van het eigen kennen en kunnen.

Voorwaarden voor zelfstandige inzet van artsen-niet-praktiserend, zijn:

  • De BIG-registratie van de arts-niet-praktiserend is verlopen na 1 januari 2018 en zijn/ haar vaardigheid is voldoende aanwezig.
  • Personen die niet meer zijn ingeschreven in het BIG-register doordat zij ooit door de (tucht)rechter zijn doorgehaald of anderszins een van kracht zijnde beroepsbeperkende maatregel is aangetekend, mogen niet worden ingezet.

In algemene zin worden zij ingezet:

  • Alleen indien noodzakelijk, dat wil zeggen als het door de noodsituatie niet mogelijk is de zorg op te dragen aan terzake bekwame BIG-geregistreerde zorgverleners wordt deze zorg overgedragen aan artsen-niet-praktiserend.
  • Het heeft nadrukkelijk de voorkeur dat personen met de meest recente praktijkervaring eerst worden ingezet.
  • Artsen-niet-praktiserend moeten hun bekwaamheid zoveel mogelijk zelf aantonen en worden zoveel mogelijk ingezet in de niet-complexe zorg en in de zorg die aansluit bij hun meest recente werkervaring. In overleg met de werkgever wordt gekeken of een korte aanvullende training noodzakelijk is.

Specifiek ten aanzien van voorbehouden handelingen geldt:

  • Er worden duidelijke afspraken gemaakt tussen de BIG-geregistreerde zorgverleners en de artsen-niet-praktiserend over welke (voorbehouden) handelingen zij mogen verrichten.
  • Voor het verrichten van voorbehouden handelingen wordt indien mogelijk voor toezicht en tussenkomst gezorgd door bevoegde zorgverleners. Echter, de arts-niet praktiserend mag deze ook verrichten zonder toezicht en tussenkomst.
  • De arts niet-praktiserend mag – indien de situatie hier omvraagt – adequate opdrachten geven aan andere zorgverleners.
  • Voor het verrichten van voorbehouden handelingen wordt indien mogelijk voor toezicht en tussenkomst gezorgd door bevoegde zorgverleners.
  • De arts niet-praktiserend bewaakt de grenzen van het eigen kennen en kunnen.

Alle herregistratieverplichtingen artikel-3 Wet BIG tot nadere orde opgeschort

In het kielzog van de Maatregel worden door de minister alle herregistratie-verplichtingen voor alle artikel 3 Wet BIG-beroepsbeoefenaren tot nadere orde opgeschort. De minister wil hiermee voorkomen dat in deze noodsituatie zorgverleners uit het BIG-register worden gehaald en daardoor hun bevoegdheid verliezen. De minister zegt toe onder de huidige omstandigheden niet tot doorhaling van de inschrijvingen van zorgverleners in het BIG-register over te zullen gaan als zorgverleners de periode van vijf jaar hebben overschreden, zonder aan te tonen dat zij voldoende werkervaring hebben.

Vragen?

Hebt u vragen over het (tijdelijk) inzetten van voormalig zorgpersoneel binnen uw zorgorganisatie, neem dan vrijblijvend contact op met advocaten Sander Tempel en Fleur Jansen van het TK Corona Expertiseteam.

Het landelijke initiatief richt zich op de inzet van (oud-)zorgprofessionals. Zowel organisaties als vrijwilligers kunnen zich via deze site aanmelden. Dit initiatief wordt momenteel ondersteund door twintig partners, waaronder ActiZ, V&VN en het Ministerie van VWS.

Bronnen
– Kamerbrief van 17 maart 2020 van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, kenmerk: 1664055-203330-PG.
– “Aanvullende maatregelen inzet voormalig-zorgpersoneel”.