Wetsvoorstel tot invoering van UBO-register aangenomen

06 juli 2020

De wet verplicht tot het centraal en openbaar registreren van de uiteindelijk belanghebbenden (‘ultimate beneficial owners’, afgekort UBO’s) van in Nederland opgerichte vennootschappen en andere juridische entiteiten.

Op 23 juni 2020 heeft de Eerste Kamer de Implementatiewet registratie uiteindelijk belanghebbenden van vennootschappen en andere juridische entiteiten (de “Wet”) aangenomen. De inwerkingtreding van de Wet op 27 september 2020 zal leiden tot de invoering van het veelbesproken UBO-register. In dit artikel geef ik een update over de huidige stand van zaken en de inhoud van het aangenomen wetsvoorstel.

Achtergrond

Op grond van de Vierde en Vijfde Anti-witwasrichting van de Europese Unie moesten alle EU-lidstaten zorg dragen voor de inwerkingtreding van nationale wetgeving op het gebied van de invoering van een UBO-register voor 10 januari 2020. Na langdurig uitstel is het Nederlandse wetsvoorstel nu aangenomen door de Eerste Kamer.

De invoering van de nieuwe regelgeving moet witwassen en financiering van terrorisme helpen te voorkomen. In lijn met de bestaande wet- en regelgeving op dit gebied, maakt het UBO-register transparant wie ‘achter een rechtspersoon zit’ zodat personen zich niet kunnen verhullen achter juridische entiteiten en structuren.

UBO-begrip

Onder een ‘ultimate beneficial owner’ (UBO), ofwel uiteindelijk belanghebbende, wordt verstaan: een natuurlijk persoon die een (in)direct belang heeft van meer dan 25% van het kapitaalbelang, dan wel op andere wijze feitelijke zeggenschap kan uitoefenen in deze rechtspersoon. Bij de vaststelling van de UBO wordt gekeken naar de achterliggende natuurlijke personen, ongeacht het aantal tussenliggende vennootschappen ten opzichte van de rechtspersoon die het betreft.

Registratie

Vanaf 27 september 2020 dienen alle bestaande rechtspersonen binnen 18 maanden hun UBO’s te registreren. Voor rechtspersonen die na deze datum worden opgericht, geldt dat zij haar UBO(‘s) binnen een week na de oprichting moeten laten registreren. Het UBO-register wordt (bij)gehouden door de Kamer van Koophandel als onderdeel van het handelsregister.

De verplichting tot registratie zal voor alle naar Nederlands recht opgerichte rechtspersonen gelden, dus bijvoorbeeld voor B.V.’s, N.V.’s, stichtingen, verenigingen, C.V.’s en coöperaties. Hoewel het huidige wetsvoorstel hier nog niet vanuit gaat, zal ook een register worden ingevoerd voor trusts waarin ook de UBO’s van een fonds voor gemene rekening wordt opgenomen.

Deze verplichting zal ook gelden voor naar Nederlands opgerichte rechtspersonen die inmiddels – door zetelverplaatsing – in het buitenland zijn gevestigd. Deze rechtspersonen zullen met de inwerkingtreding van de Wet ook aan de registratieplicht moeten voldoen en daarmee ook eerst (weer) worden ingeschreven in het handelsregister.

De Kamer van Koophandel heeft aangegeven dat het inschrijven van UBO’s kosteloos zal zijn. De inschrijving moet ingediend worden door degene die tekenbevoegd is namens de betreffende rechtspersoon.

Vermelding gegevens

In het openbare UBO-register worden de volgende gegevens van de betreffende personen vermeld:

  • naam;
  • geboortemaand en -jaar;
  • nationaliteit;
  • woonstaat, en
  • de aard en omvang van het economisch belang van de UBO in de betreffende rechtspersoon.

Hiernaast zijn voor bevoegde autoriteiten nog de volgende aanvullende gegevens zichtbaar:

  • BSN of een vergelijkbaar buitenlands fiscaal nummer;
  • geboortedag, -plaats en -land.

Geen verplichting tot inschrijving

De verplichting om UBO’s in te schrijven geldt niet voor eenmanszaken, beursgenoteerde vennootschappen, verenigingen van eigenaars, publiekrechtelijke rechtspersonen en verenigingen met beperkte rechtsbevoegdheid die geen onderneming drijven. De laatste categorie betreft verenigingen waarvan de statuten niet in een notariële akte zijn neergelegd (en hiernaast – zoals vermeld – geen onderneming drijven).

Gronden voor afscherming

Een UBO kan bij de Kamer van Koophandel een verzoek indienen tot afscherming van zijn/haar (persoons)gegevens. Echter, een dergelijk verzoek wordt enkel aanvaard indien sprake is van één van de volgende twee gronden:

  1. minderjarigheid en handelingsonbekwaamheid (bewind of curatele), of:
  2. een onevenredig risico op bijvoorbeeld fraude, ontvoering en chantage.

Op de tweede grond kan slechts een beroep worden gedaan indien het personen betreft die van overheidswege worden beschermd c.q. beveiligd. Hiernaast dient te worden gemeld dat deze afscherming enkel ziet op de persoonsgegevens van de betreffende UBO. Ook indien een verzoek tot afscherming wordt gehonoreerd, wordt wel de aard en omvang van het belang van de betreffende persoon in de entiteit vermeld.

Inzagen

Aangezien het UBO-register een openbaar register wordt, mag iedereen de UBO-gegevens van een rechtspersoon raadplegen. Volgens de Kamer van Koophandel zal een inzage mogelijk zijn tegen een tarief van € 2,50 nadat een online registratie (account) is verkregen.

Hoewel hierover in de parlementaire geschiedenis is gesproken, is het voor de betreffende UBO(‘s) niet mogelijk om in te zien wie zijn/haar gegevens heeft opgevraagd in verband met de privacywetgeving (AVG). Echter, hiertegenover heeft de Minister van Financiën ten aanzien van de privacy van de UBO’s wel aangegeven dat een UBO kan inzien hoe vaak zijn/haar gegevens zijn opgevraagd.